Historie:
Onder deze link staan foto's van het hoofdgebouw, de bijbehorende directeursvilla ( ville Kraaienhorst) en later bijgebouwde dienstwoning van sanatorium Erica, nu beter bekend als internaat of asielzoekers centrum Valentijn. Dankzij medewerking van de gemeente Nunspeet heb ik de nodige informatie over deze villa's gekregen. Zo heet het terrein begin 1900 sanatoriumcomplex Erica, waarvan rond 1903 met de bouw wordt begonnen. Waarom juist een sanatorium op deze plek gebouwd werd wordt wel duidelijk uit een stukje dat aan het begin van de 20-ste eeuw in een Nunspeetse wandelgids geschreven werd: " ..... dat niet alleen de mooie omstreken, doch ook de gezonde ligging van Nunspeet hierbij van grooten invloed is ligt voor de hand. En uit hygiënisch oogpunt beschouwd, behoort Nunspeet tot de gezondste dorpen van ons land, kwaadaardige epidemieën komen hier nimmer voor. De nabijheid van dennebosschen geeft een aangename, zuivere lucht en ook de zee brengt er het hare toe bij om de lucht frisch te houden. Zoo is dan ook vanuit dit oogpunt beschouwd Nunspeet een aangewezen plaats, om den vacantietijd door te brengen en er gesterkt te worden naar lichaam en geest"
Het Nunspeetse Sanatorium was onderdeel van een grotere groep sanatoria die langs en op de Veluwe werden opgericht. Zo werd onder andere ook sanatorium Sonnevanck in Harderwijk gebouwd, het oorspronkelijke gebouw hiervan is inmiddels tot luxe woningen verbouwd, de rest is nu verpleeghuis. Het sanatorium Erica verrees dichtbij het dorp en was met name bestemd voor beginnende tuberculose patiënten ( uitsluitend 1 ste klas) die uit het gehele land kwamen. Het behoorde tot de eerste instellingen in Nunspeet met een eigen telefoonaansluiting. "Erica" werd later overgenomen door de vereniging "Zusterhulp"en bleef tot 1953 in gebruik als sanatorium. Daarna deed het dienst als internaat voor de opvang van meisjes die vanuit het bijzonder jeugdwerk werden geplaatst, in het hoofdgebouw werd gewoond en geslapen, en de vroegere directeurswoning diende als school. Vaaf die tijd heette het Valentijn. Ook de boer die het terrein onderhield woonde op het terrein en er staat een gebouwtje dat half in de grond verdwijnt dat diende als opslag voor levensmiddelen. Eind jaren 80 veranderde het weer van functie en werden er alleenstaande minderjarige asielzoekers opgevangen, met het strengere asielbeleid dat in Nederland zijn intrede deed kwamen de panden rond 2000 leeg te staan. Het is toen nog enige tijd door een anti-kraak groep bewoond geweest.
Het complex bestaat, zoals gezegd, uit een hoofdgebouw en de directeursvilla waarvan de architect niet bekend is. Het sanatorium is later diverse malen uitgebreid, maar op zo'n manier dat het wel één geheel bleef. De as van het hoofdgebouw (het eigenlijk sanatorium en de eerste foto's op de site) is een lange gang over de gehele breedte van het pand met aan weerszijden hiervan de vertrekken. De ziekenkamers lagen op de zonnige zuid- achterzijde, en de dienstvertekken aan de voorzijde. De gevels zijn op het onderste stuk na vrijwel geheel witgepleisterd en ter decoratie zijn er boven de vensters groen geglazuurde bakstenen toegepast. Aan de achterzijde is een grote veranda waarop een balkon ligt. Dit wordt gedragen door dubbele slanke houten zuiltjes die onderling verbonden zijn en een elegante eenvoudige Jugendstil vormgeving hebben. Alle kamers hebben openslaande deuren zodat patiënten met bed en al naar buiten gereden konden worden, zowel naar de veranda als naar het balkon. Binnen is het vrijwel in originele staat en komen de groen geglazuurde bakstenen weer terug in de bogen die in de gangen zijn aangebracht. Ook de originele vloer is nog grotendeels aanwezig.
De directeurswoning is ook nagenoeg geheel witgepleisterd op de stukken boven de kozijnen na. Het interieur is vrijwel onveranderd gebleven.
Aangezien beide panden op de monumentenlijst staan en dus niet gesloopt mogen worden is de eigenaar op dit moment bezig er een passende functie voor te vinden, waarbij gedacht wordt aan een particulier verzorgingshuis. Tot die tijd staan ze leeg en inmiddels is er al een stuk door brand verwoest en hebben vandalen er aardig huisgehouden.
Op een mooie dag ben ik naar Nunspeet gereden en na enig zoekwerk kon ik een gat in het hek vinden waardoor ik het terrein op kon komen. Een ingang in het gebouw was snel gevonden omdat van elk pand wel wel een plank was verwijderd waardoor ik door het raam naar binnen kon klimmen. Binnen was het erg stil en donker en was de sfeer van hoe het ooit geweest moest zijn goed bewaard gebleven. Prachtige gangen, mooie trapleuningen, mooie kozijnen en zelfs wat speciale oude tegeltjes. Hopelijk wordt het snel in ere hersteld.
|