Kasteel Mesen te Lede

bouwjaar: ongeveer 850 na chr
verlaten: ongeveer 1970
status: wordt september gesloopt
foto's gemaakt op 28-08-2007.

Historie:
Kasteel Mesen staat al heel lang op mijn lijstje, dus op een dag er maar eens naar toe gereden, 3 uur later stond ik voor de poort en het lot leek me gunstig gezind daar er net twee mensen het hangslot van de poort verwijderden. Nadat zij uit het zicht verdwenen waren ben ik ook naar binnen geglipt: wat een geweldig kasteel! En wat vervallen is het! Ik loop echter al snel tegen een gemeentekar aan en ik mag geen foto's maken, want die mensen van de gemeente zijn er nu, dus ik moet snel weg anders krijgen de werknemers  trammelant. Ik besluit bij de ingang op deze mensen te wachten en hen om toestemming te vragen daar het me onbegonnen werk lijkt ongezien op een terrein rond te scharrelen waar ik én al gezien ben, én minstens 4 andere werkmensen rond lopen. Helaas geeft de gemeente man me te kennen dat het echt veel te gevaarlijk is, zelfs op eigen risico willen ze me er niet inlaten en de poort gaat op slot!  (SHIT, had ik nu toch maar het risico genomen achteraf ontdekt te worden!) Ik loop een keer of 5 om het hele terrein en zie wel mogelijkheden om binnen te komen, maar niet ongezien, het is die dag tamelijk druk! Het park is ook dichtgegaan en ook daar kom je dus niet meer binnen. Dus ik maak nu alleen foto's van buiten en ga nog een keer terug.
De geschiedenis van dit prachtige gebouw is als volgt: Tussen 851 en 881 na Christus hebben de Noormannen zich al plunderend in de omgeving opgehouden en om zich tegen volgende aanvallen te beschermen werden er in Mesen 4 cirkelvormige versterkingen opgericht waarvan kasteel van Mesen er één is.
Een cirkelvormige versterking of "motte" bestond naast een houten woonhuis op de top van een berg ook nog uit een hoeve die onderaan de berg gelegen was. Later werd om veiligheidsreden (brandgevaar) en om de status hoog te houden het houten huis vervangen door een stenen woontoren of "donjon". Later werden aan de donjon verschillende gebouwen bijgezet, wat dan uiteindelijk resulteerde in een Kasteel.  Zo herkent men op een kaart uit 1628 het Kasteel van Mesen en de donjon. De belangrijkste bewoners van dit kasteel waren de Bette's, die zich later Lede gingen noemen. Deze invloedrijke en rijke Gentse familie kwam in het bezit van Lede dankzij een huwelijk met de enige dochter van de plaatselijke heer de Gruutere. Via een goed geplande huwelijks politiek en een goed gevulde militaire carrière ( steeds in dienst van de Spaanse kroon ) klom deze familie op de adellijke ladder. Zij begonnen onderaan als jonkheer en eindigden als markies, dus één van de hoogste sporten. Een van de Bette's heeft het zelfs tot onderkoning van het eiland Mallorca gebracht.
Het oude kasteel van de familie Bette was een rechthoekig gebouw met vier torens, gaanderijen en borstwering. Omgeven door water en lag in het midden van een uitgestrekt beluik omringd met hoogstammige bomen. Dit werd vernield door de Geuzen in de periode van de godsdiensttroebelen (1581). Op het einde van de eeuw liet Jan Bette het kasteel herbouwen. Na het overlijden van de laatste Bette kwam de heerlijkheid terug in bezit van een verre erfgenaam van de De Gruytere, nl Jean Charles baron van Joigny de pamele, die Heer van Lede bleef tot de afschaffing van de heerlijkheden door de wetten van de Franse republiek. In het jaar 1796 kwamen de adellijke privileges te vervallen en dit was het prille begin van de gemeente Lede.
Daarna komt het kasteel in het bezit van de familie Carmin-Staden, en na hun overlijden ondergaan het kasteel en de omliggende gronden diverse invloeden van industrialisering. Latere eigenaars gebruikten het kasteel o.a. als geneverstokerij, suikerfabriek, potasfabriek, klooster en kostschool. Na in 1897 het markizaat gekocht te hebben voor 97.000.- fr bouwden de Kanunnikessen van de H. Augustinus van Jupille de neogotische schoolvleugels en kapel in 1905. Tijden de eerste wereldoorlog loopt het kasteel teveel schade op en verkopen de zusters hun eigendom aan het Koninklijk Gesticht van Mesen. De zusters verhuizen met hun onderwijs naar Nederland.
Het Koninklijk Gesticht van Mesen werd opgericht door keizerin Maria-Theresia van Oostenrijk bij een decreet van 17 aug. 1752 na de afschaffing van de vroegere abdij van Mesen. Het Koninklijk gesticht had als bedoeling kinderen van gesneuvelde of invalide officieren op te voeden.
Maar tijden de eerste wereldoorlog had het koninklijk gesticht in Mesen een te grote schade geleden zodat de restauratie van hun gebouw een onbegonnen werk was. Zij waren bij het uitbreken van de gevechten, begin 1914, gevlucht naar Frankrijk ( Saint Germain en Laye ).
Oorspronkelijk werden er uitsluiten kinderen van hogere militairen opgenomen, maar vanaf 1944 werden er ook burgerkinderen opgevangen. In 1952 werd het niet meer mogelijk om een erkend diploma af te leveren aan de kinderen die franstalig onderwijs genoten in het Vlaams landsgedeelte. Uiteindelijk evolueerde Het Koninklijk Gesticht van Mesen tot een gewone onderwijsvorm en bij Koninklijk besluit van 10 aug 1952 werd het onder voogdij geplaatst van de minister van onderwijs. Een hele tijd bleef deze situatie ongewijzigd tot er in 1970 een grondige herstructurering werd doorgevoerd.
Het bestaan van de kostschool voor dochters van gesneuvelde officieren, kon door het dalend aantal leerlingen en de taalwetten van 1963 als franstalig onderwijs in Vlaanderen niet langer genieten van subsidiering. Een jaar voordien - Bij Koninklijk Besluit van 16 sept 1969 - werd de gevraagde toelating om de onderwijsinrichting te ontbinden en de roerende en onroerende goederen te Lede te gelde te maken - verleend. Zo zou men alles opnieuw moeten beleggen, overeenkomstig de aard en de bestemming, en de opbrengst ervan, alsook de andere inkomsten, zouden uitsluitend worden aangewend te behoeve van de door de stichteres, keizerin Maria-Theresia, bedoelde begunstigden. Dit zou gebeuren door het instellen van een stelsel tot verlening van dotaties en steun voor de studies en het postuniversitair onderzoek, alsook voor de beroepskeuze en beroepsvestiging, voor de aanmoediging aan de families van de begunstigden en voor stoffelijke en zedelijke hulp.
Het nieuwe reglement werd goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 14 juli 1970 en 20 juli 1972. Sindsdien staat Het Koninklijk Gesticht van Mesen onder de voogdij van de Minister van Landsverdediging. Door het secretariaat van Het Koninklijk Gesticht van Mesen werd Kasteel Mesen werd in eerste instantie als monument aangewezen maar door procedurefouten is dit niet doorgegaan. Er gaan verhalen dat de gemeente geen "zin"  had een dergelijk kostbaar monument te moeten onderhouden,  dat er  moedwillig dakpannen en ramen zijn verwijderd om de verkrotting sneller te laten gaan zodat nu, 30 jaar later, gezegd kan worden dat het niet meer te restaureren is.